Eigenheimers deel 8
Het voorjaar brak aan in de polder, de vogels vlogen bevlogen over de velden.
 
Lammetjes werden geworpen, niet te verwarren met dwergen wat een heel andere tak van sport is.
 
De liefde tussen de Dichter en de Deerne bloeide als nooit tevoren, daar konden de Nozem en de Non een puntje aan zuigen.
 
Waar de Non zich dan ook regelmatig vol overgave mee bezighield.
De Nozem daarentegen zat liever op z'n Zündapp.
 
Geen mooiere tijd dan het voorjaar, waar menig boer z'n aardappels pootte en de plaatselijke jeugd hun eigen kweek verzorgde.
 
De grijze dichter die niet gewend was om lang op een plaats te blijven en last had van voorjaarskriebels, verplaatste z'n camper van Eigen naar Heim zodat hij de velden nu eens van een heel andere kant zag.
 
Wat dan weer een aanleiding was voor een gedicht:
 

Overkant

Deze kant was eerst de overkant en andersom.
 
Geen weldenkend mens zag hier een gedicht in. Maar heel misschien als je het van de andere kant bekeek was het toch net proza.
 
Welbeschouwd en Hoedanook: de enige twee hooligans van de plaatselijke korfbalclub K.V. Eigenheimers.
 
Verkozen de Deerne boven proza.
 
 
 
Image Description